Skip to content

Support

Instructievideos

In onderstaande videos ziet u hoe u een CSI-Ignition kunt testen en installeren. Verderop deze pagina kunt u de downloads en overige handleidingen vinden. Neem gerust contact met ons op indien u vragen heeft.

Downloads

Veel gestelde vragen

C.W. betekent: Draairichting van de rotor met de klok mee (vanaf de bovenkant gezien)

C.C.W. betekent: Draairichting van de rotor tegen de klok in (vanaf de bovenkant gezien)

Waarom zijn er zoveel verschillende CSI ignition types?

Wij streven er naar om onze CSI ontstekingen van de juiste originele behuizing te voorzien. 

En door de verschillende motoraanpassingen /  specificaties (bijv. compressie verhoudingen) , milieueisen, zijn ook uiteenlopende vervroegingscurven voorgeschreven.

CSI-ignition heeft hier rekening mee gehouden en gebruikt deze specifieke curven als basis, die daarom voor een bepaalde motor/auto werden voorgeschreven. Wel hebben we de curves hier en daar aangepast vanwege de nieuwere mogelijkheden en inzichten.
Een gemodificeerde motor heeft een andere carburatie en ontstekingsafstelling nodig, daarvoor is de programmeerbare CSI-PRO-ontsteking heel geschikt.



Is de vacuumvervroeging werkzaam met de CSI-Ignition?

– Ja, de vacuum types zijn voorzien van een vacuumsensor, afhankelijk van de onderdruk wordt er een extra vacuumvervroeging toegevoegd; meestal  zo’n  10 -15 graden maximaal.
Rondom het stataionair toerental schakelt de CSI deze extra vervroeging uit, daardoor blijft de stationairloop stabieler

vacuumvervroeging en hoe werkt het?

– Naast het toerental afhankelijke vervroeging (ook wel centrifugaalvervroeging genoemd) is er ook een vacuumvervroeging die voor extra vervroeging kan zorgen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de onderdruk in het inlaatspruitstuk, dat in principe altijd aanwezig is als de motor draait, maar niet (meer) als de gasklep helemaal open staat.

– De vacuumwaarde is eigenlijk een maat voor de motorbelasting. Bij deellast komt de maximale hoeveelheid mengsel niet in de cilinder, ter compensatie is wenselijk om het mengsel eerder te ontsteken. (vacuumvervroeging) Bij race- en rallymotoren wordt geen vacuumvervroeging toegepast. Vacuumvervroeging kan helpen de verbrandings- / emissiewaarden te verbeteren en de motor zuiniger / soepeler te laten lopen bij deellast.

Ported of Manifold vacuum?

– Ported vacuum is een aansluiting op de carburateur zoals bij de SU carburateurs.

In de stationaire stand van de carburateur wordt de vacuum connectie met de ontsteking afgesloten om te voorkomen dat er bij stationair toerental vacuum vervroeging ontstaat.

– Manifold vacuum is de vacuum aansluiting direct aangesloten op het inlaatspruitstuk, dus ook in de stationairestand van de carburateur, is er onderdruk naar de verdeler. Omdat de CSI-ontsteking deze waarden rond het statische toerental negeert, is het toch mogelijk om op deze manier vacuumvervroeging te gebruiken, ook bij andere carburateurs zoals Webers.

Toerentellers

–  Er zijn 2 verschillende soorten elektronische toerentellers die in klassieke auto’s werden gebruikt.

1 – Spanningsgestuurd, (zoals ook de Smiths RVC) wat het meest voorkomende type is, waarbij de pulsingang wordt aangesloten op de pulsuitgang van de CSI (op de zwarte draad / min-aansluiting van de bobine)

2 – Stroomgestuurd, deze werd vroeger gebruikt (zoals Smiths RVI), het werkt op stroompulsen van de bobine, een draadlus aan de achterkant van de teller (soms binnenin) geeft de pulsen via een interne transformator door aan de elektronica. Als de teller niet goed functioneert, moet de u de richting van de lus omkeren.

Bobines;

Er zijn veel verschillende bobines op de markt,
Belangrijk is de primaire weerstandswaarde (3 of 1,5 ohm)
Gebruik geen voorschakelweerstand en indien aanwezig, overbrug de weerstandsdraad vanaf contactslot,

CSI-types en de bijbehorende bobines

  • CSI Standaard 4 en 6 Cilinder   
    (16 voorgeprogrammeerde curve’s)
    gebruik een 3 Ohm bobine zoals de
    Lucas DLB105 of de
    Bosch Blauw  part no.
    0-221-119-27
  • CSI-Standaard V8
    (16 voorgeprogrammeerde curve’s)
    gebruik een 1,5 ohm bobine, zoals de 
    Lucas DLB110 of de 
    Bosch ROOD part no.
    0 221 119 030
  • CSI-PRO
    gebruik de 1,5 Ohm bobine, zoals de 
    Lucas DLB110 of de 
    Bosch ROOD part no.
    0 221 119 030

    In principe kan een 3 Ohm bobine ook gebruikt worden, maar alleen voor relatief lage toerentallen (minder dan zo’n 5000 rpm.

Hoogspanningskabels:

Wij adviseren siliconekabels  met een weerstand van 2 tot 5 Kohm per kabel(lengte) om (RFI) storingen te reduceren. RFI (radio frequency interference) kan elektronische apparatuur storen of zelfs doen uitvallen.